Stad: Kutna Hora is een Tsjechische
stad in de bestuurlijke regio Midden-Bohemen. De stad is terug
te vinden op een 70 km ten oosten van Praag.
De geschiedenis van de stad gaat terug naar de 12de eeuw
toen ze werd gesticht als een mijnbouwnederzetting. De zilvermijnen
liepen letterlijk tot onder de stad door. De naam van de stad
is afgeleid van een legende. De monniken verstopten bij het
zilverdelven het gevonden zilver onder hun monnikspij (Kutte).
Vandaag staat de oude binnenstad op de Werelderfgoedlijst
van de Unesco. Op een oppervlakte van 33 km wonen 21.609 inwoners
(2009).
Gebouw: Katedrála Nanebevzetí
Panny Marie a Sv. Jana Krtitele (Hemelvaart van de maagd Maria
en St. Johannes de Doper Kathedraal).
Deze kathedraal werd gebouwd binnen een tijdsperiode
van 30 jaar, namelijk van 1290 tot 1320. De kerk werd gebouwd
als abdijkerk van de Cistertijnen abdij. In 1421 werd de kerk
vernietigd door een brand, aangestoken door de Hussieten.
Hussieten zijn protestantse groeperingen geïnspireerd
door de leringen van Johannes Hus. De kerk was 300 jaar lang
een ruïne. De kerk werd opnieuw verbouwd en hersteld
tussen 1699 tot 1709. De renovatie werd gedaan in wat men
noemt barokke gotiek. De abdij werd ontmanteld in 1784. De
laatste grote renovatie was er van 2001 tot 2009.
Voorwerp: In de kapel St. Joseph is
een plafondschildering te zien. De plafondschildering die
we tonen werd gemaakt rond 1706 door de Praagse kunstenaar
Jan Jakub Steven of Steinfels. In het midden is de Goddelijke
naam te zien als het tetragrammaton. Rond de naam is een dierenriem
of zodiak te zien. Een engel wijst met zijn linkerhand naar
Gods naam, met de rechterhand wijst hij naar een geschrift
in de wolken dat nog nauwelijks leesbaar is. In de wolken
zijn vier putti en hoofden van kinderen te zien. De attributen
die ze bij zich hebben worden toegeschreven aan St. Joseph
aan wie de kapel werd opgedragen.