Stad: Reningelst is een dorp gelegen
in de provincie West-Vlaanderen, in de rustige en landelijke
streek die “de Westhoek” wordt genoemd. Het dorp
telt ruim 1400 inwoners. Het behoort sinds de fusie bij de
nabij gelegen stad Poperinge. De geschiedenis van Reningelst
begint in 1161 toen er een parochie werd gesticht door Diederik
van de Elzas, de toenmalige Graaf van Vlaanderen. In Reningelst
bevond zich in 1100 ook een belangrijk kasteel dat eigendom
was van de Heren van Reningelst. Het kasteel werd in 1793
door de Franse legers verwoest. In die tijd vormde de landbouw
en de lakenfabricage de belangrijkste bronnen van inkomsten
voor de bewoners van Reningelst. Het rustige Reningelst wordt
graag bezocht door wandelaars en fietsers. Er worden jaarlijkse
wielerwedstrijden gehouden in de streek van het Heuvelland,
waarbij o.a. De Kemmelberg en de Rodeberg beklommen worden.
Eén van de bezienswaardigheden van het dorp is de Sint
Vedastuskerk.
Gebouw: De Sint Vedastuskerk was oorspronkelijk
een Romaanse kerk, gebouwd rond het jaar 1200. Ongeveer 300
jaar later werd ze verbouwd tot een driebeukige hallenkerk
in laatgotische stijl. Nauw verbonden met de geschiedenis
van de kerk is de dood van drie priesters in het jaar 1568.
Tijdens de godsdienstoorlogen werden ze door de geuzen gefolterd
en onthoofd. Ook in 1583, tijdens de beeldenstorm, kreeg de
kerk het zwaar te verduren toen ze in brand werd gestoken
door de geuzen. De herstelling van de kerk werd in 1624 voltooid.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de kerk opnieuw zwaar
beschadigd en in de daarop volgende jaren weer gerestaureerd.
Een bijzonder kenmerk van de kerk is de oude traptoren met
metselaarstekens, waarop het jaartal 1754 te lezen is. Ook
bewaard gebleven is een deel van het interieur van de kerk.
Het meubilair is gedeeltelijk van de 18e eeuw. De belangrijkste
kunstschatten zijn de preekstoel, de biechtstoelen, de communiebank,
de lambrisering en het orgelbuffet.
Godsnaam: De antieke preekstoel in rococo
stijl is versierd met prachtig houtsnijwerk. Hierop vinden
we twee maal een verwijzing naar God. In één
driehoek door engelen omgeven staat Gods oog. In het tafereel
ernaast vinden we in de driehoek Gods persoonlijke naam terug
in de Hebreeuwse letters JHWH.