Op de onderzijde
staan de dichtregels:
'Oranje door Gods kragt geeft eendragt vreede
en magt
So lang als son en maan sal aan den heemel schijnen sal
nooit de oranje couleur verwelken of verdwijnen. So lang
Jehova godt gedenkt aan sijn verbondt en sijne
boog vertoondt
aan dit benede rondt soo lang er schepsels zijn die haaren maaker
looven soo lang de weerelt staat blijft nog Oranje booven.'
Het gedicht zinspeelt op een regenboog met
zeven kringen, die zich op 18 september 1785 in Den Haag vertoonde,
en waarvan de tweede en dikste kring oranje gekleurd was. De
prinsgezinden beschouwden dit als een gunstig voorteken voor
het herstellen van de Prins van Oranje.
|