Gerrit ten Bruggecate
is geboren te Almelo op 23 maart 1803 als zoon van Hermannus
ten Bruggencate en Anna Hagedoorn. Van zijn beroepsleven is
gekend dat hij een handelaar was in kruideniers- en koloniale
waren. Hij huwde in 1827 met Christina Johana Hagendoorn, samen
kregen ze acht kinderen. Naast zijn bezigheid als handelaar
wijdde hij zich ook aan de poëzie. Zijn poëzie werd
dan verspreid in jaarboekjes en maandschriften, om vervolgens
in het jaar 1838 in één bundel verzameld te worden
onder de naam 'Gedichten'. Hij overleed op 6 maart 1853 eveneens
te Almelo, net geen 50 jaar oud.
Hij gebruikte de Goddelijke Naam in het gedicht 'Mozes'
dood'.
(terug te vinden in: 'Neerlands Letterkunde in de Negentiende
Eeuw' - Bloemlezing ten gebruike bij de beoefening onzer letterkunde'
- uitgegeven in 1877 door D.A. Thieme.)
Blz. 628 - 629