Datum en Taal:
1740 Nederlands
Vertaling: Oorspronkelijk
in het Engels geschreven door de heren Patrik, Polus, Wels en
andere Godgeleerden. Deze vertaling omvat een uitgebreide weergave
met uitleg van de Pentateuch, ofwel de eerste vijf boeken van
de Bijbel, geschreven door Gods profeet Mozes. Voor elk bijbelboek
bestaat er een apart deel. De reeks bestaat uit Genesis, Exodus,
Leviticus, Numeri en Deuteronomium. Daar vanden Honert een eervolle
positie bekleedde onder de godgeleerden van zijn tijd werd hem
verzocht de voorreden van deze vertaling te schrijven.
Aanvulling: De drie schriftverklaarders
Patrik, Polus en Wels zijn een begrip geworden bij Bijbellezers.
Recentelijk, in 2009, is hun Bijbeluitgave herdrukt in het Nederlands
en nog verkrijgbaar. Deze reeks omvat het volledige Oude Testament
in 12 dikke delen.
Biografie vertalers:
Simon Patrick (1626-1707) was een Anglicaans theoloog en bisschop
van Ely (Engeland). Later kwam hij in de gunst te staan van
koning-stadhouder Willem III. Zijn commentaar is opgenomen bij
de teksten van Genesis tot en met Hooglied.
Matthew Poole (1624-1679) wijdde zich aan
het schrijven van Bijbelverklarende werken. Wegens zijn anti
Rooms-katholieke geschriften werd een moordaanslag op hem gepleegd,
die hij echter overleefde. Daarna vluchtte hij naar Nederland,
waar hij bleef tot aan zijn dood.
Edward Wells (1667-1726) was rector te
Cotesbach (Engeland). Zijn bijdrage aan de verduidelijking van
de Bijbel bestaat in hoofdzaak uit zijn grote kennis van de
geografie van bijbelse plaatsen.
Joan, voluit Johannes, vanden Honert werd
op 1 december 1693 te Hendrik-Ido-Ambacht geboren. Op 21 jarige
leeftijd begon hij godgeleerdheid te bestuderen en zich op wijsbegeerte
toe te leggen. In 1719 werd hij predikant te Katwijk aan de
Rijn. Twee jaar later in Enkhuizen. Als predikant besteedde
hij al zijn vrije tijd aan de bestudering van de Hebreeuwse
en Griekse grondteksten. In 1727 werd hij hoogleraar in godgeleerdheid
te Utrecht. Veel studenten kwamen van verre naar Utrecht om
hun opleiding van hem te ontvangen want hij was een uitmuntende
en bekwame onderwijzer. In 1734 werd hij naar Leiden geroepen
om als ambtgenoot met zijn vader samen te werken. Ook het onderwijs
in kerkelijke geschiedenis werd hem toevertrouwd. In zijn dogmatiek
was hij een streng aanhanger en verdediger van de leer der Nederduitsch
Hervormde kerk. Daar de religieuze strubbelingen in zijn tijd
hem niet onberoerd lieten heeft hij heel veel brieven en redevoeringen
geschreven. Joan vanden Honert huwde te Enkhuizen met Johanna
van Loosen, die hem drie kinderen schonk. Hij overleed, door
velen betreurd, op 6 april 1758 te Leiden.
Godsnaam: Interessant is de opmerking in de voetnoot
die uitlegt dat Tertulliaan (Tertullianus) zegt dat Gods naam
Jehovah pas op deze plaats (Gen. 2:4) voor het eerst geopenbaard
wordt, omdat Gods werken nu volledig voltooid waren.
(Een andere opmerking verklaart dat de
scheppingsdagen geen dagen van 24 uur waren, maar zich over
een langere tijd uitgestrekt hebben.)
Teksten: Gen 2:4 en de voetnoten.
|